City-hopping op het Kosovo-plateau - Reisverslag uit Utrecht, Nederland van Anika Snel - WaarBenJij.nu City-hopping op het Kosovo-plateau - Reisverslag uit Utrecht, Nederland van Anika Snel - WaarBenJij.nu

City-hopping op het Kosovo-plateau

Door: Anika Snel

Blijf op de hoogte en volg Anika

22 December 2013 | Nederland, Utrecht

Përshumvjet Krishtlindjet!

Ik denk dat ik deze niet vanuit het Albanees hoef te vertalen :). Vanmiddag ben ik weer geland op Nederlandse bodem, voor twee weken Kerstvakantie. Ik ben er aan toe, na vijf chaotische weken met bilaterale afspraken voor studentenuitwisseling die de spreekwoordelijke deur uitmoesten, afronding van de staff evaluatie, vooronderzoek naar een part-time studie programma, het geven van workshops over CV schrijven en opstellen van motivatiebrieven (ons career centre is met zwangerschapsverlof, dus hebben Peter en ik het stokje maar overgenomen), de AP afstudeer ceremonie en algemeen gepiep dat het QA departement zich constant met ‘academische zaken’ bemoeit. Peter en ik stellen daar tegenover dat wanneer wij kwaliteitsissues zien, zoals een slechte thesisbegeleiding, wij inderdaad mogen ingrijpen. Deze eeuwige discussie is en blijft vermoeiend.

Door de afgelopen twee blogs over de bestemmingen van de Grote Balkanreis van de afgelopen zomer zou je bijna gaan vergeten dat ik eigenlijk ‘gewoon’ woon en werk in Kosovo en tijdens mijn weekenden meestal naar een of andere plaats in Kosovo afreis. En na tien maanden Kosovo ben ik een behoorlijk eind gekomen, al zeg ik zelf.

Zo vlak voor de Kerstvakantie heb ik zelfs een mijlpaal behaald; ik heb sinds het tweede weekend van december alle bezienswaardige plaatsen op het Kosovo-plateau bezocht. Het Kosovo-plateau hoor ik u vragen? Geografisch gezien bestaat Kosovo uit twee regio’s; het Kosovo-plateau in het oosten en het Metohija-plateau in het westen, door de Albanese-Kosovaarse bevolking ook wel het Dukagjin plateau genoemd. Tot 1974 was de officiële naam van Kosovo ‘Kosovo i Metohija’. Met de verandering in status van de regio in dat jaar werd de naam van Kosovo gewijzigd in ‘de autonome provincie van Kosovo’, al heeft Milošević in 1989 deze hervorming teruggedraaid. Anno 2013 spreken veel Servische-Kosovaren nog steeds over Kosovo i Metohija wanneer ze het over Kosovo hebben en komen de ansichtkaarten die mijn ouders, oma en Jeroen mij opsturen sneller aan wanneer ze de oude Servische benaming voor Kosovo op de envelop schrijven.

Inmiddels heb ik dus de meest interessante plaatsen op het Kosovo-plateau bezocht waarover mijn Bradt guide mij verteld heeft dat het de moeite waard is om te bezoeken - en dus ook om de saaie busritten met voornamelijk de typische vermoeiende Albanese popfolk te doorstaan. Vandaag daarom een blog met een hoop feitjes, anekdotes en natuurlijk bijbehorende foto’s over de plaatsen die ik in drie seizoenen op het Kosovo-plateau bezocht heb.

Laat ik beginnen met de plaats die het dichtst bij Mitrovica ligt: Vushtrri. Vushtrri ligt ongeveer 16 kilometer van Mitrovica vandaan. Tegenwoordig is Vushtrri weinig anders dan een gemiddelde, beetje saaie provinciestad in Kosovo. In de middeleeuwen echter was Vushtrri een van de grootste handelssteden in de Balkan waar de administratieve macht van het Ottomaanse rijk gecentraliseerd was.

Van die machtspositie is weinig meer over gebleven, behalve ruïnes van het Vojinović kasteel en de Vojinović brug. Beide bouwwerken stammen uit de 14e/15e eeuw. De brug is zelfs de oudste stenen brug in Kosovo die de tand des tijds doorstaan heeft. Van beide bouwwerken verkeert de brug in de beste conditie. Dat is wel eens anders geweest; na het einde van de oorlog in 1999 is het gebied rondom de brug jarenlang zowel als parkeerplaats en afvalstortplaats gebruikt. Maar in april 2013 was het de plek waar ik een typisch Albanese ‘fotoshoot’ ondergaan heb, dankzij de Albanese-Kosovaarse jongen die zo brutaal was om zich op die dag tot mijn daggezelschap te promoveren.

Het nadeel van alleen onbekende plaatsen verkennen is dat ik soms aanspraak krijg van de types waar ik nou net geen aanspraak van wil hebben. Dat zijn - heel clichématig – jongens en mannen van tussen de 18 en 45, die veelal maar moeilijk willen begrijpen dat ik geen interesse heb in:

a) koffie drinken;
b) mee gaan stappen;
c) mee naar huis gaan;
d) mee naar een motel gaan.

Die laatste twee opties zijn me echt een paar keer gevraagd/aangeboden. De oplossingen om van deze mislukte casanova’s af te komen zijn gelukkig heel simpel; of ik laat mijn ‘trouwring’ zien of ik begin in het Nederlands een enorme stamppij te maken, waarbij het echte stampvoeten niet geschuwd wordt. Gelukkig kom ik ook geregeld leuke jongens en meiden tegen met wie ik een tijdje optrek als ik weer eens in mijn eentje een stad aan het verkennen ben. In Vushtrri dus de reeds genoemde brutale jongen met de fotoshoot op de brug als resultaat.

Vushtrri is nog voor een ding noemenswaardig; onder Vushtrri ligt de uitloper van een van de grotere breuklijnen tussen de Afrikaanse en de Euraziatische plaat. Plaatverschuivingen onder Kosovo en de meer zuidelijke Balkan (denk aan Kroatië en Montenegro) zijn met name in november en december een jaarlijks terugkerend fenomeen. Op de dinsdag nadat ik terug was gekomen van mijn weekje Nederland in november was ik op de zuid-campus toen ineens het gebouw ligt begon te trillen. Het was een beving van 4.5 op de schaal van Richter, met als gevolg massale paniek onder een aantal stafleden, die als gekken iedereen het gebouw uitjaagden. De tweede wat sterkere aardbeving vond plaats op een zondagavond. Die duurde een goede halve minuut; zelfs mijn flatgebouw heeft even lopen schokken en hoewel ik op de bank zat was ik er even lichtelijk duizelig van. Geen zorgen, mijn flatgebouw heeft reeds vijftig jaar aardbevingen overleefd, dus ik zit wel prima op de derde etage.

Ik heb naar aanleiding van de bevingen wel vanuit Quality Assurance een rampenprotocol opgesteld, want het is niet de bedoeling dat stafleden in paniek iedereen een gebouw uitjagen terwijl het niet duidelijk is voor de meesten hoe te handelen in dit soort situaties.

Genoeg over Vushtrri en aardbevingen, we gaan door met Skenderaj. Op een mooie zomerdag in juli ben ik daarheen gefietst. Skenderaj is gelegen in de Drenica regio, de armste regio van Kosovo. Skenderaj – waarvan de huidige burgemeester overigens in de bak zit wegens corruptie - straalt armoede uit, met uitzondering van de Sheshi Adem Jashari. Dit is het belangrijkste plein van Skenderaj en vermoemd naar dé man achter het Kosovar Liberation Army (KLA), de militante groepering die we 15 jaar later deels verantwoordelijk kunnen houden voor de start van de Kosovo oorlog.

Drenica is vanaf 1991 na de mislukte onafhankelijkheidsverklaring van Kosovo het toneel geweest van gewelddadige sabotages en schermutselingen tussen Albanezen en Serviërs, geleid door Adem Jashari. Jashari, afkomstig uit Prekaz, is de Ché Guevara van Kosovo. Tussen 1991 en 1998 pleegde hij en zijn aanhangers, later de KLA, meerdere aanslagen op het Servische leger en politie in Kosovo.

Op 5 maart 1998 pleegde de KLA een aanslag op een politie patrouille in Prekaz. Het Servische leger retaillieerde met een grootschalige aanval op Prekaz en de huizen van KLA leden, waaronder dat van de Jashari familie. Een deadline voor overgave werd door Jashari verworpen, die zijn familie en mede-strijders de opdracht gaf om tot de laatste man te vechten. Zo geschiedde. Tijden een belegering die twee dagen zou duren kwamen Jashari en 57 familieleden waaronder 11 kinderen en KLA leden om het leven. De internationale gemeenschap reageerde met verontwaardiging; in Kosovo sprongen Albanees-Kosovaarse militante groeperingen als paddenstoelen op uit de grond om Jashari en zijn familie te wreken.

Jashari werd door zijn dood voor Albanese-Kosovaren een held, tegenwoordig is hij een legende. Wat van het Jashari landgoed overgebleven is wordt jaarlijks door vele Albanese-Kosovaren bezocht, waaronder families die in het buitenland wonen en jaarlijks tijdens de zomervakantie terugkeren naar Kosovo. Tijdens mijn fietstocht ben ik er ook gestopt en heb ik zowel met een gevoel van afschuw de geraamtes van de gebouwen op het landgoed bezocht als met een gevoel van verbazing gekeken naar de vele Albanese-Kosovaarse families die met zowel de ruïnes als de 58 graven van de slachtoffers op de foto gingen.

Anno 2013 is de Dranica-regio een gebied met ongeveer 99.9% Albanese-Kosovaarse inwoners. Een van de weinige plekken waar nog Servische-Kosovaren wonen is het Dević klooster. Dit Servisch-Orthodoxe vrouwenklooster is zowel tijdens de Kosovo oorlog als de rellen in 2004 door Albanese-Kosovaren geplunderd en deels verwoest. Nog steeds wordt het klooster bewaakt door KFOR troepen; op de zandweg richting het klooster is genoeg prikkeldraad te vinden, bij de ingang van het terrein staat een bunker omringt door zandzakken en als international moest ook ik mijn paspoort tonen. Hoewel het klooster duidelijk grotendeels beschadigd is geweest, straalt het klooster gelukkig ook nog steeds iets van rust en schoonheid uit.

Het Dević klooster is niet het enige klooster in Kosovo wat onder de protectie van internationale troepen gestaan heeft. Het vrouwenklooster van Gracanica – gelegen in een van de grootste Servische enclaves naast Mitrovica – heeft na 1999 meer dan 10 jaar onder de bescherming van UNMIK en KFOR gestaan. Sinds een aantal jaar is dit gelukkig niet meer nodig, al hangt het prikkeldraad nog steeds zichtbaar om de muren van het 14e eeuwse klooster. Dat neemt niet weg dat het klooster prachtig is en de kloostertuinen leuk om doorheen te zwerven.

De dorpjes van Gracanica waar veel van de Servische-Kosovaren wonen strekken zich uit tot in de zuidelijke buurgemeente van Gracanica, Lipjan. De naam Lipjan stamt af van het Romeinse Ulpiana, ofwel de oude Romeinse nederzetting waar ik het in mijn blog over de ontstaansgeschiedenis van Kosovo gehad heb. Het moderne Lipjan is een stuk minder interessant dan het oude Ulpiana. De enige reden waarom ik daar ooit geweest ben ergens in juni is omdat je met de bus door Lipjan heen komt als je de grotten van Gadimë bezoekt. Vooruit, er zijn twee Orthodoxe kerken te vinden in Lipjan die een bezoekje waard zijn. De oudste van deze twee bevat icoon schilderingen uit de 16e eeuw die goed bewaard zijn gebleven. En Lipjan heeft een treinstation, met een spoorverbinding richting Ferizaj, de plaats die ik begin december nog bezocht heb.

Ferizaj, gelegen in het zuid-oosten van Kosovo, is zo’n plaats waar je een keertje geweest moet zijn, maar dan ook weer snel wegkunt. Redenen om Ferizaj te bezoeken zijn de oude bibliotheek en Servisch-Orthodoxe kerk en de moskee die gebroederlijk naast elkaar op hetzelfde terrein staan. Mijn Bradt-gids noemt het delen van dezelfde grond door deze twee gebouwen een teken van religeuze tolerantie. Ik zeg dat schijn bedriegt. Na de Kosovo oorlog zijn de meeste Servische inwoners wegens onrusten uit Ferizaj gevlucht en sinds de rellen uit 2004 is de Orthodoxe kerk permanent gesloten en wordt deze nog steeds door politie beveiligd.

Wat mijn bezoek aan Ferizaj dan wel weer bijzonder maakte was de ontmoeting die ik had met de jongens en meiden van de Islamitische NGO Këshilli i Bashkësisë Islame Ferizaj. Op de zaterdag dat ik rondzworf door Ferizaj stonden zij met een project over religieuze tolerantie op het centrale plein van de stad. Met hen heb ik een uurtje goede discussies gehad over wat religieuze tolerantie volgens de Islam zou moeten zijn en de culturele verschillen tussen Kosovo en Nederland. En er moest natuurlijk een groepsfoto genomen worden. Het briefje wat ik vast hou bevatte de boodschap om iets waardevols op Facebook te posten. Na thuiskomst die dag heb ik dan ook maar een berichtje geplaatst over de actie van deze groep enthousiaste en ruimdenkende jongeren.

Naast Ferizaj is Gjilan de andere grote stad in het zuid-oosten van Kosovo. Gjilan is een industriestad, met onder andere de grootste nog werkende radiatorenfabriek van Kosovo. Het is ook een stad van koffiebars en jonge mensen, waardoor er een gemoedelijke sfeer hangt. Daarnaast is het ook een van de weinige steden waar Servische-Kosovaren uit de omringende dorpen en Albanese-Kosovaren redelijk normal met elkaar omgaan. Een van de hoogtepunten van deze stad is dan ook de Sint Nicolaas kerk, die nog steeds gebruikt wordt voor de mis en waarvan het terrein door Servische-Kosovaren die op zaterdag komen winkelen als parkeerplek gebruikt wordt. De andere hoogtepunten zijn de overdekte markt, de oude muziekschool die nog uit de 19e eeuw stamt en de Xhamia e Çarshisë moskee, een replica van de originele moskee die in 2001 ingestort is na jawel, een aardbeving.

Ongeveer 20 kilometer ten noordoosten van Gjilan, op de een van de hoogste bergpieken, liggen de ruïnes van het kasteel van Novo Brdo. Ooit, rond de 15e eeuw, was Novo Brdo de grootste stad in Kosovo. Novo Brdo was een mijnwerkersstad, met in de buurt een grote zilvermijn, die zelfs Germaanse mijnwerkers trok die de stad ‘Neuberg’ noemden. Van de macht en pracht van Novo Brdo is helaas weinig meer over, behalve een klein dorpje, een verlaten mijn en de oude restanten van het eens grote kasteel op de een van de hoogste pieken in de regio.

Het was op een koude winterdag in december dat ik samen met Willem en Dirk – twee van mijn fietsmaatjes van de Greenride – door dichte mist en over besneeuwde wegen richting Novo Brdo ben gereden. Het contrast tussen mijn omzwervingen in de lente en de zomer en in de vroege winter kon niet groter zijn. Overal lag sneeuw, wat door de kou bovenop de berg half tot ijs was bevroren. Natuurlijk ben ik dus een keer wat meters naar beneden (uit)gegleden. Niet dat daar veel getuigen van zijn, op Willem en Dirk na. Wij waren de enige drie op de berg; de paar gebouwtjes aan de voet van het fort lagen er verlaten en spookachtig bij in de sneeuw. Vanaf het fort zelf konden we de bergen die de grens met Macedonië vormen uit de verte zien. Het was prachtig. En vooral ook koud.

Novo Brdo was de laatste bestemming op het Kosovo-plateau. Na de Kerstvakantie wil ik mijn weekenden meer gaan doorbrengen op het Metohija-plateau. Teminste, dat is het idée, als de verhuizing naar de nieuwe noord-campus in januari en de bachelor scriptie perikelen die we vanuit het management verwachten geen roet in het eten gooien. Eerst maar eens lekker twee weken vakantie vieren, met familiebezoek, dwalen in het Stedelijk museum, Oud en Nieuw en 156 uur muziek van de Top 2000.

Gëzuar Vitin e Ri!

Anika

Ps. Iedereen zal begrijpen dat ik de situatie in Zuid-Sudan scherp in de gaten hou, zeker omdat ik lokale vrienden in Zuid-Sudan heb die niet in aanmerking komen voor de internationale evacuaties. Van een vriend weet ik dat hij op een van de VN compounds zit, met jongens zoals Jamal, Stephen en Ochan heb ik helaas nog geen contact weten te krijgen. Ik hou de hoop dat ze oke zijn.

  • 23 December 2013 - 19:54

    Jeroen:

    Hee,

    Leuk verslag om te lezen en met mooie foto's. Vooral die foto van de moskee naast de orthodoxe kerk. Zou mooi zijn als de kerk over een tijd weer in gebruik komt en dat kerkbezoek en moskeebezoek dat naast elkaar plaatsvindt weer als 'normaal' gezien wordt. Pas dan kun je spreken over een tolerantie.

    Wat me al eerder opviel is dat de Albanese vlag veel vaker getoond wordt dan de Kosovaarse vlag. Hebben Kosovaren (nog) geen sterke band met hun eigen vlag (wanneer is deze vlag ontstaan?)? Werd de Albanese vlag vroeger al veelvuldig gebruikt (in de oorlog?)? Dit raakt meer een identiteitskwestie. Ben je Kosovaar of Albanees?

    Zoen!

    PS. Overigens moet gezegd worden dat mijn kaart naar 'Kosovo i Metohija' nog steeds niet aangekomen is en waarschijnlijk ook nooit meer zal aankomen. En waar dat aan ligt... onwillige postbeambten of de lokale 'Securitate' , ik weet het nog steeds niet ;)

  • 24 December 2013 - 12:48

    Marina:

    Hoi Anika,

    Geweldig interessant verslag weer en wederom prachtige foto's.
    Wel jammer dat wij onze kerstkaart, gelukkig wel weer retour kregen, ondanks dat wij het via Kosovo i Metohija gestuurd hadden. Ik blijf erbij dat het deze keer de rode envelop is geweest, die de postbeambte niet aanstond:).
    Veel plezier de komende 2 weken in Nederland en natuurlijk veel luistergenot tijdens de Top2000.

    Liefs uit Ouderkerk

  • 11 Januari 2014 - 14:19

    Anika Snel:

    Gelukkig komen mijn kaarten (soms met lichte vertraging) wel aan, maar goed, gewoon blijven sturen zeg ik :).

    De verhouding Kosovo-Albanië is erg leuk om je in te verdiepen; ik zou er een essay van 3.000 woorden aan kunnen weiden. De relatie Kosovo - of beter gezegd, tussen Albanese-Kosovaren en Albanië wordt zowel door geschiedenis als etniciteit bepaald. Het Albanese volk, een aparte etniciteit in de Balkan regio, heeft zich in de loop der geschiedenis in een gebied gesetteld wat onder andere uit het moderne Albanië en Kosovo (grofweg ook het gebied van het Middeleeuwse Albanese Koninkrijk), Macedonië en Griekenland bestaat. Grote delen van dit gebied zijn later in het Ottomaanse Rijk opgegaan. Vervolgens kwam het Albanees nationalisme in de 19e eeuw om de hoek kijken, met als conclusie de Albanese onafhankelijkheidsverklaring tijdens de Eerste Balkanoorlog in 1912, waarin Kosovo een onderdeel zou moeten gaan uitmaken van dat onafhankelijke Albanië, maar met het Verdrag van London in 1913 aan het Servische Koninkrijk gegeven werd.

    Tel daarbij ook op dat sinds de jaren '60 (toen de Albanese-Kosovaren begonnen te rellen tegen het bewind van Tito, wat weer uitmondde in een verandering in status van Kosovo als provincie in 1974) de Albanese-Kosovaren de Albanese vlag zijn gaan gebruiken om hun (etnische) nationaliteit te tonen. Tijdens de Kosovo oorlog is de vlag een van de symbolen van verzet geweest. De huidige vlag, pas in gebruik sinds de onafhankelijkheidsverklaring in 2008, is uiteindelijk het resultaat van een competitie georganiseerd door de VN. Er kleeft dus totaal geen historie of Kosovaarse identiteit aan deze vlag, in tegenstelling tot de Albanese vlag.

    Overigens mag Albanië dan wel een van de eerste landen zijn geweest om zowel de onafhankelijkheid van Kosovo in 2008 alsmede de eerste poging tot onafhankelijkheid in 1992 te erkennen, ze waren toen het conflict in Bosnië-Herzegovina steeds meer uit de hand liep er erg snel bij om die erkenning de prullenbak in te gooien en de oude grenzen van Joegoslavië weer te accepteren. Maar dan komen we op acherliggende oorzaken uit gerelateerd aan de verschillen tussen de sociaal-economische en politieke ontwikkeling van de Albanese-Kosovaren onder Tito en de Albanezen onder Enver Hoxha. Wat ook weer een essay an sich waard is :).

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: Nederland, Utrecht

Groeten uit Mitrovica!

Waarom werken als starter in Nederland als je dat ook elders kan? Een gedachte met een bijzonder vervolg: op 24 februari 2013 ben ik vertrokken vanuit Nederland om namens de Nederlandse ontwikkelingsorganisatie SPARK te gaan werken als junior medewerker kwaliteitsmanagement op het International Business College Mitrovica (IBCM). In Kosovo.

Een jaar lang zal ik werken en wonen in de stad Mitrovica, in het noorden van het op-een-na-jongste land ter wereld. Mitrovica staat met name bekend om de centrale brug, die heden 2013 het symbool vomt voor de scheiding tussen het noorderlijke Servische gedeelte en het zuidelijke Kosovaarse-Albanese gedeelte van de stad. Hoewel deze scheiding en etnische spanningen nog elke dag zichtbaar en voelbaar zijn, is het ook een stad van jonge entrepeneurs, koffiebars die als paddenstoelen uit de grond schieten, vriendelijke mensen, oude culturen en bezienswaardigheden en prachtige natuuromgeving.

Het komende jaar zal ik daarom dan ook met enige regelmaat bloggen over mijn ervaringen in Mitrovica en omgeving (er is zowel in Kosovo als omringende buurlanden genoeg te ontdekken), over culturen, het sluimerende conflict wat nog altijd aanwezig is en af en toe ook nog wat over het werk wat ik doe. En natuurlijk zal ik ook veel foto's maken, om de diversiteit van Mitrovica, Kosovo en de Balkan te kunnen laten zien.

Recente Reisverslagen:

18 Augustus 2014

Ottomaans vleugje in 'de sok' van het zuiden

20 Juli 2014

The Wild Wild West of Kosovo

09 Juni 2014

Goodbye IBCM, hello Embassy!

09 April 2014

Terug naar de kust

31 Januari 2014

Het ‘brandweer departement’ van IBCM
Anika

A twenty-something and generally happy-go-lucky person who wants to do so many things with so little time, and who simply has decided that you can also build up a career outside of the Netherlands. Because being adventurous is fun. Consequently, she has ended up in Mitrovica and now Pristina, Kosovo. 'Nuff said.

Actief sinds 22 April 2011
Verslag gelezen: 2653
Totaal aantal bezoekers 127754

Voorgaande reizen:

24 Februari 2013 - 11 Mei 2014

Groeten uit Mitrovica!

23 April 2011 - 10 Juli 2011

From Sudan with love

Landen bezocht: